Als kijker verwacht je vanaf het begin van het stuk de naderende schipbreuk. de uitwerking ervan is toch onverwachts en aangrijpend. in het derde bedrijf wordt er door een groepje vissersvrouwen bij kniertje aan tafel over schipbreuken in het verleden, waar hun mannen bij omgekomen zijn, gesproken. de centrale figuur is Clementine, de dochter van de reder. ze wil het naatje van de kous weten en houd weinig rekening met de onderliggende emoties van de vrouwen. zij weet als enge van het groepje vrouwen dat ‘De Hoop’ niet deugd en alleen is ingezet als wisselgeld voor de verzekering. je weet vrijwel zeker dat op dat moment ook de ‘op hoop van zegen’ vergaat.
Een heel knappe plotwending van Herman Heijermans is, dat juist barend die niet uit wilde varen, als eerste gevonden en herkent wordt aan de oorringen van zijn vader. Reder Bos vind het niet nodig dat Barend bij zijn familie in het dorp begravend wordt.
rolverdeling:
Regisseur ( Janjaap van Elst )
Kniertje ( Tiny van der Burg )
Geert ( Bas de Geus )
Barend ( Bas Nieuwveld )
Kobus ( Gerard van Vliet )
Jo ( Esther Bezembinder )
Clemens Bos ( Mars Snijdelaar )
Clementine Bos ( Patricia Versluis )
Simon ( Jos Heus )
Marietje ( Dorothee Beens )
Mees ( Corne Aantjes )
Kaps ( Leo Correa Alves )
Saart ( Anneke Vlijter )
Truus ( Tiny van der Zande )
veldwachter ( Sifred de Wit )